EEN RIJKE HISTORIE

Een gebouw met een rijke historie, karakter en vol met verhalen. Het is een pand dat meteen de aandacht trekt in de straat door de prachtig vormgegeven binnen- en buitenkant. We gaan even terug in de tijd en zien dat Huize de Winthont enkele jaren een bierbrouwerij heeft gehad, maar wel altijd fungeerde als een herberg. Daarna is het een woning geworden met diverse bekende bewoners. Daar leest u hieronder meer over.

1571

Het pand dateert uit 1571 en het gebouw was een van de vroegste herbergen in het dorp van Etten.

1584

Bij de grote brand in het jaar 1584 van de kerk en andere gebouwen, is het pand vermoedelijk als enige gespaard en bewaard gebleven.

1633

Verschillende bronnen laten zien dat het pand tevens diende als een bierbrouwerij.

1888

Naast een belangrijke herberg en een bierbrouwerij werd het pand later ook gebruikt als een woning voor dokter Pieter Vermast en zijn gezin. Hij woonde hier samen met zijn gezin van 1888 tot 1917.

1967

Het pand heeft in dit jaar de status van rijksmonument gekregen.

2022

Er zijn in 2022 aanvragen ingediend om vijf luxe huurappartementen te realiseren in dit rijksmonument, met het behoud van de klassieke bouwelementen.

TERUG IN DE TIJD MET DIT PAND

Na 1635 was Huize De Winthont eigendom van Quirijn Cools en zijn dochter verkocht het in 1676 aan Julius Heestermans, een ambtenaar. Vanaf die tijd kreeg het huis de naam “De Witte Winthont” en de notabelen bleven eigenaar: notarissen en procureurs Tobias Schrans en Gerardus Fabricius, gemeentesecretaris Pieter van Vechelen en vervolgens in 1794 schout Pieter Johannes Detmers. 

Daarna zijn er verschillende bewoners geweest en een bekende bewoner van dit pand was Pieter Vermast, van oorsprong een veearts. Hij werd geboren op 25 maart 1853 en ging als huisarts in Etten-Leur aan de slag. Tot het jaar 1917 woonde Pieter in de Linden samen met zijn zoontje en vrouw. Toen zij vertrokken naar Utrecht, zijn dokter Chris(tiaan) Mol en zijn zuster hier gaan wonen. Zij kwamen uit Steenbergen en hebben het huis met de tot koetshuis omgebouwde looierij, tuin en boomgaard gekocht. In de jaren 50 werd hun zoon, dokter Frans Mol, de eigenaar. Als laatste, vanaf circa 1987, heeft de familie Burgersdijk-Donkers hier gewoond tot 2021.